Catherine vertelt je in deze video over de uitzonderingen bij de futur simple. (eerste graad)
Liesbeth gaat naar een peperdure winkel om appels en bananen te kopen. Ze gebruikt hier een handig wiskunde hulpje bij en berekent zo de getalwaarde van enkele veeltermen. (1ste graad)
Iris maakt oefeningen op de modal verbs of modale werkwoorden: must, can, might en may. (2de graad)
In deze video maakt Niklaas het verschil duidelijk tussen some and any! (1ste graad)
Tine gooit alle transformaties van parabolen samen en kijkt wat er gebeurt! (2de graad)
Roberta bespreekt in deze video de boven- en ondersom van bepaalde integralen. (3de graad)
Veronique legt je uit wat naamvallen in het Duits eigenlijk zijn.(2de graad)
Stijn legt je de begrippen liquiditeit, solvabiliteit en rendabiliteit uit. (tweede graad)
Lotte vertelt je alles over adjectives of bijvoeglijke naamwoorden in het Engels en gaat ze je helpen vergelijken. (1ste graad)
Roberta geeft in deze video wiskunde een overzicht van alle goniometrische formules. (3de graad)